Burnierstraat 2 t/m 8, Groenhovenstraat 2, Raamweg 36

De Nederlanden van 1845

toon op de kaart
  • Status
    Rijksmonument
  • Architect
    Berlage, H.P.
  • Monument nr.
    452731
  • Bouwstijl
    Rationalisme
  • Wijk
    Benoordenhout
  • Bouwjaar
    1924-1927
Registerblad 

Inleiding.
Vrijstaand kantoorpand uit 1924-1927 in rationele vormgeving gebouwd voor de verzekeringsmaatschappij "De Nederlanden van 1845" naar een ontwerp van H.P. Berlage van 1921-1922 en uitgevoerd door A.D.N. van Gendt en W.N. van Vliet. Het oorspronkelijke symmetrische ontwerp werd in 1933 aan de achterzijde aanzienlijk uitgebreid naar ontwerp van de architect W. Duyff. In de Tweede Wereldoorlog is de vleugel aan de Raamweg door de Duitsers afgebroken en ca. 1948 weer opgebouwd. In 1952-1954 is het kantoor door de architect C.M. Kranenburg in dezelfde stijl met een verdieping verhoogd naar oorspronkelijke plannen van Berlage. De voor het ontwerp belangrijke groenas met waterpartij voor de hoofdgevel aan de Groenhovenstraat heeft na de oorlog plaats gemaakt voor verharde parkeerruimte.

Omschrijving.
Het vrijstaande kantoorgebouw op samengestelde plattegrond naar ontwerp van H.P. Berlage was oorspronkelijk symmetrisch van opbouw met rechte voor- en zijgevels en een sterk verspringende achtergevel. De voorgevel aan de Groenhovenstraat beslaat ongeveer 80 meter; de beide zijgevels aan de Raamweg en Burnierstraat oorspronkelijk ca. 40 meter maar deze zijn bij de uitbreiding van 1933 met circa 40 meter verlengd. De van oorsprong sterk verspringende achterzijde had een symmetrische opzet met in het midden een forse uitbouw in het verlengde van de hoofdingang. Deze achterzijde is bij de uitbreiding van 1933 grotendeels binnenmuur geworden terwijl de nieuw gebouwde gevel in een vrijwel rechte rooilijn ca. 30 meter naar achteren is verplaatst. Het kantoorgebouw bestaat uit betonvakwerk; de kolommen, balken en vloeren uit gewapend beton, de vullingen uit baksteen. Oorspronkelijk had het pand twee bouwlagen, het souterrain niet meegeteld. Thans telt het drie bouwlagen; de derde bouwlaag is in 1952-1954 in dezelfde stijl toegevoegd. Aan de buitenkant worden de rechthoekige contouren van de gevels gescandeerd door het skelet van grofkorrelig beton. De hoekige erkers van de trappehuizen zijn grotendeels bekleed met glazen bouwstenen. Verder is er overwegend rode baksteen gebruikt; overal waar het metselwerk aan het beton grenst, is gebruik gemaakt van zwarte baksteen. Het souterrain is met natuursteen bekleed. De onderbouw, die ten opzichte van de bovenverdiepingen iets naar achteren is geplaatst, bestaat merendeels uit ondiepe erkers, die door dubbele pilasters van elkaar zijn gescheiden; de stalen ramen tussen de pilasters zijn hier tweemaal zo breed als die op de verdiepingen. De verbinding tussen pilasters en eerste verdieping wordt gevormd door zware, trapsgewijs verlopende consoles met afgeschuinde zijkanten. De gevel van de uitkragende verdieping geeft een indruk van grotere continuiteit door de aaneengesloten reeksen ramen. Deze zijn talrijker dan op de begane grond doordat zij slechts door een pilaster van elkaar zijn gescheiden. Vanaf de pilsters lopen betonnen smalle, trapsgewijs verspringende consoles naar de horizontale lijst boven de stalen ramen, waaraan de zonneschermen bevestigd kunnen worden. De hoektraveeen zijn afgeschuind en hebben onder meer door de toepassing van siermetselwerk extra aandacht gekregen. Het beeld in de afgeschuinde travee op de hoek van de Raamweg en de Groenhovenstraat dateert van 1954 en is vervaardigd door M. Andriessen. De gevels van de uitbreidingen uit 1935 en de wijzigingen in 1953 door de extra verdieping zijn op dezelfde wijze uitgevoerd als die van het oorspronkelijk gevelwerk maar missen door de uitwerking van details - zoals het ontbreken aan de achterzijde en een deel van de gevel aan de Burnierstraat van de betonnen verspringende consoles - hier en daar toch de kwaliteit van het oorspronkelijk ontwerp. Het gebouw heeft de oorspronkelijke symmetrische indeling bewaard. Vanuit het ingangsportaal komt men in een hoge, door een glazen dak verlichte hal. Deze heeft een kruisvormige, in een vierkant passende plattegrond. Aan weerszijden van de hal bevinden zich grote werkruimten. Deze kantoortuinen zijn met glas overdekte binnenplaatsen, die worden verlicht door een glazen plafond waarboven eveneens glazen kappen zijn aangebracht. Aan de lange kant van deze kantoortuinen zijn aan de zijde van de Groenhovenstraat op de begane grond kamers aangebracht. Deze zijn weer door een lange gang, die evenwijdig loopt aan de voorgevel gescheiden van de kantoren aan de straatzijde. Door de forse uitbreidingen aan de achterzijde is dit oorspronkelijke concept ingekapseld in een groter geheel. De kenmerkende trapsgewijze verbinding tussen verticale en horizontale elementen van de betonconstructie keert ook binnen het gebouw herhaaldelijk terug. Het merendeel van de oorspronkelijke interieurafwerking is na de oorlog vervangen. Enige trappehuizen zijn nog in het bezit van de authentieke grijzen tegelafwerking met zwarte biezen. Het merendeel van de ijzeren trapbalusters met houten leuning in nog authentiek. De commissarissenkamer op de tweede verdieping is het travee van de hoofdingang heeft als enige ruimte nog het oorspronkelijke interieur met onder meer houten lambrizering, deuren en strak vormgegeven plafonieres. In de vestibule achter de hoofdingang is een groot tegeltableau waarop de herinnering levendig wordt gehouden aan de dag dat het kantoor in gebruik werd genomen, 1 maart 1927. Het interieur betekende een revolutionaire ontwikkeling in de kantoorarchitectuur. In feite was dit het eerste voorbeeld van een "kantoortuin" in Nederland. Deze indeling laat duidelijk de invloed van Frank Lloyd Wright zien.

Waardestelling.
Het kantoorpand is cultuurhistorisch en typologisch van belang wegens zijn innovatieve waarde als een van de eerste "kantoortuinen " in Nederland. Het pand is architectuurhistorisch waardevol vanwege het bijzondere materiaalgebruik en als uiting van vooruitstrevende architectuur met nadruk op de constructieve functie. Tevens van belang binnen de ontwikkeling van het oeuvre van H.P. Berlage. Een toegevoegde waarde is de belangrijke stedebouwkundige situering aan de Raamweg en Groenhovenstraat.

 

de nederlanden van 1845