Pand(en), onderdeel van een rij van vijf achttiende eeuwse huisjes, nrs. 34-42, onder twee parallel lopende schilddaken. De huisjes hebben een verdieping, getoogde vensters en pilasters met geprofileerde lijsten. De verdiepingsvensters stoten door in het hoofdgestel. Twee ijzeren19de-eeuwse stoeppalen.

Pand(en) van algemeen belang voor de gemeente 's-Gravenhage vanwege de architectuur-historische en sociaal-historische waarde.

 

Vijf hofjeswoningen uit de tweede helft van de 18e eeuw bestaande uit parterre en verdieping onder twee parallel lopende schilddaken. Iedere woning is twee assen breed. De verdiepingsvensters stoten door in het hoofdgestel. De hofjeswoningen dateren van rond 1770 en zijn gebouwd door meester-timmerman en schrijnwerker Arnoldus Theodorus Zodaer. Hij heeft ook elders in Den Haag hofjes gebouwd, zoals het nog bestaande hofje van Severie aan het Noordeinde en het hofje van Kuypers aan de Denneweg. Deze hofjes zijn zeldzame voorbeelden van exploitatiehofjes uit de achttiende eeuw. De huisjes van Zodaer worden gekenmerkt door het brede geprofileerde fries dat de ramen van de zolderverdieping onder de daklijst met elkaar verbindt. Ook het getal negen hoort bij Zodaer. Hij bouwde altijd negen stuks of een veelvoud daarvan. Het Lissabon bestond aanvankelijk ook uit negen huisjes, maar er zijn er nu nog vijf over. Ze zijn witgepleisterd en worden gedekt door twee parallel lopende schilddaken