Neuhuyskade 32
Kantoorgebouw voor de Pensioenfondsen van de Koloniale Landsdienaren.
toon op de kaart- StatusGemeentelijk Monument
- ArchitectRoosenburg, D.
- BouwstijlNieuwe Haagse School
- WijkBenoordenhout
- Bouwjaar1927
Voor de ambtenaren en militairen die vanuit het ministerie van Koloniën werden uitgezonden, had het departement zijn eigen pensioenfondsen. Er waren maar liefst negen pensioenfondsen voor Oost-Indië en één voor West-Indië. De opdracht voor een ontwerp voor het nieuwe kantoor voor de Pensioenfondsen van de Koloniale Landsdienaren werd in 1926 gegeven aan de Haagse architect Dirk Roosenburg (1887-1962). Waarschijnlijk werd hij gekozen omdat hij kort tevoren de Vereniging van Indische Verlofgangers in contact had gebracht met de Bond van Nederlandse Architecten. Dit was om te voorkomen dat verlofgangers het slachtoffer zouden worden van malafide bouwbedrijven.
Het ontwerp van Roosenburg is zakelijk en efficiënt. Het gebouw bestaat uit een begane grond met twee verdiepingen op een fundering van gewapend beton. Pleisterwerk bedekt het gebruikte beton op zichtbare plekken. De gevels zijn uitgevoerd met verticale ribben en hoekige vormen. De rode baksteen gevels hebben diepliggende voegen, die kenmerkend zijn voor de Nieuwe Haagse School. Het rijzige karakter van het gebouw en de hoge staande vensters zijn echter rationeler.
Boven de ingang is een vooruitstekende luifel, waarboven zich het glas-in-loodraam van het trappenhuis uitstrekt. Het enorme kleurrijke raam toont de verscheidenheid van de flora en fauna van de Indische Archipel. Op de onderste verdiepingen zijn de vissen in de zee, en tijgers en andere wilde landdieren weergegeven. Op de hogere verdiepingen de apen in de bomen en de vogels in de lucht. Het raam is van de hand van de glazeniers Gerard Antoine Henri van der Stok (1870-1946) en Hans Liefkes (1891-1967). De laatste verzorgde de brandschildering.
Beeldhouwer Albert Termote (1887-1978) was verantwoordelijk voor de gestileerde natuurstenen sculptuur op het torentje dat net boven het dak van het gebouw uitsteekt. Het verbeeldt twee gevleugelde vrouwen, een Nederlandse en een autochtone vrouw uit voormalig Nederlands-Indië, als symbool ver de eensgezindheid tussen Nederland en Nederlands-Indië
Het gebouw is van cultuurhistorische waarde als blijvende herinnering aan de nauwe band tussen Den Haag en Nederlands-Indië, en de invloed die deze band op het stadsbeeld heeft gehad. Daarnaast van architectuurhistorische waarde als voorbeeld van kantorenbouw in de stijl van het Zakelijk Expressionisme, en binnen het oeuvre van architect Dirk Roosenburg. Van kunsthistorische waarde vanwege de kunstuitingen.
Omvang bescherming: geheel