Nieuwe Parklaan 7 t/m 7b

toon op de kaart
  • Status
    Rijksmonument
  • Architect
    Meijens, J.G.
  • Monument nr.
    471459
  • Bouwstijl
    Overgangsarchitectuur
  • Wijk
    Westbroekpark
  • Bouwjaar
    1899
Registerblad 

Inleiding
Vrijstaande villa uit 1899, gebouwd in opdracht van A. van Veen van Veldhuijsen Janszoon door architect J.G. Meijens (vermoedelijk) in overgangsarchitectuur. In 1910 werd de villa door de architecten A.P. Smits en J. Fels aan de achterzijde uitgebreid. In 1949 werd een garage bijgebouwd.

N.B. Deze garage valt niet onder de bescherming.

Omschrijving
Villa op rechthoekige plattegrond, bestaande uit een souterrain en twee bouwlagen onder een met leien gedekte samengestelde kap. De bakstenen gevels zijn voorzien van banden van lichtrode steen en siermetselwerk. Het dak bevat gemetselde schoorstenen. Het linkerdeel van de voorgevel springt naar voren en wordt op de tweede bouwlaag gemarkeerd door afgeronde hoeken op hardstenen sokkels. De kap van dit deel is voorzien van een gesneden daklijst en rust op dunne houten consoles. Op de rechterhoek is een ronde toren gesitueerd, die gedekt wordt door een kegelvormig spitsdak met een forse piron. Op de eerste bouwlaag bevindt zich aan de rechterkant een veranda onder een afgeknot zinken dak, waarop een balkon met een houten opengewerkte balustrade. De veranda is voorzien van glas-in-lood bovenlichten in Art Nouveau stijl en een houten balustrade. De vensters bezitten verschillende vormen, waaronder toogvormige glas-in-lood bovenlichten in Art Nouveau stijl, en zijn voorzien van hardstenen onderdorpels en deels van hardstenen omlijstingen. De linkergevel bezit in het midden een uitbouw met een groot glas-in-lood raam. Daarboven is een forse dakkapel met in roeden onderverdeelde schuifvensters, bekroond door een top met houten briefpanelen. Tegen de voorzijde van de uitbouw is de ingang gesitueerd in een houten portiek met balustrade en gebogen lijsten. Aan de linkerkant van de uitbouw is een hoge uitgemetselde schoorsteen geplaatst en daarachter een kleine driezijdige erker met glas-in-lood vensters. De rechterzijgevel bevat twee erkers en twee toppen met houten briefpanelen. De achterzijde is in 1910 uitgebouwd over twee bouwlagen met plat dak. Hiertegen bevindt zich een balkon op houten consoles. De tuin wordt van de straat gescheiden door een ijzeren tuinhek in Art Nouveau stijl op gemetselde voet.