Noordeinde 200b/200c: in oorsprong 17de-eeuws pand, bestaande uit drie bouwlagen. Kap verdwenen. Het twee vensterassen brede huis heeft een voorgevel met kroonlijst en winkelpui uit het eerste kwart van de 20ste eeuw. Zijgevel van helderrode baksteen, 17de-eeuws, met 18de--eeuwse en vroeg-19de-eeuwse vensterkozijnen, waarin zes- en vierruitsschuiframen en stolpramen. Het achterhuis (200a) heeft twee door de gootlijst heenstotende dakkapellen. Het pand vormt met no. 200 aan het eind van het, op het Noordeinde uitkomende, zijstraatje een L-vormig geheel. Deze achtervleugel, bestaande uit een lager voorstuk met tweelichtsvensterkozijnen waarin zes- en vierruitsschuiframen en een hoger achterstuk met zadeldak, heeft een in de recente tijd aangebrachte inrijdeur.
Met de panden Noordeinde 198/l98a vormt dit samenstel van in oorsprong 17de-eeuwse panden een waardevol voorbeeld van historische ambachtelijke technieken, met name voor wat betreft het metselwerk en de vensterkozijnen.

Panden, onderdeel van een van de inmiddels zeldzaam aanwijsbare vroege bebouwingsfasen aan het Noordeinde, van algemeen belang voor de gemeente 's-Gravenhage vanwege de architectuurhistorische waarde.