Het voormalige koetshuis tevens stalgebouw, daterend uit 1848, dat zich bevindt achter de panden Zwarteweg 77 en 78/79, is een bakstenen gebouw met een hoge begane-grond- verdieping en een lage zolderverdieping die een geheel vormt met de kap. Deze kap vertoont uitwendig het beeld van een hoog, omlopend schilddak dat met pannen is gedekt. De gevels worden afgesloten door een eenvoudige, houten gootlijst. In de voorgevel zijn twee inrijdeuren met door middenstijlen verdeelde, zesruitsbovenlichten. De vensters bezitten onderling verschillende roedenverdelingen: sommige hebben twaalfruitschuiframen, ook vierruitsramen komen voor. De achtergevel telt vier vensters op de begane-grond met dertigruitsschuiframen en op de zolderverdieping een venster met zestienruitsschuifraam. Het pand wordt inwendig gekenmerkt door een monumentale houtconstructie. Hoge standvinken dragen een onderslagbalk waarop de moerbalken van de zolderbalklaag rusten. De kapconstructie bestaat uit zware gebinten, stijlen en schoren.
Het koetshuis is gerestaureerd in 1986.

Koetshuis/stalgebouw van algemeen belang voor de gemeente Den Haag wegens zijn architectuurhistorische en typologische waarde. Tevens van belang uit een oogpunt van zeldzaamheidswaarde. Het kan hebben behoord bij een landhuis, dat zich in de eerste helft der 19de eeuw nog bevond in dit toen nog schaars bebouwde deel van het binnen de grachtengordel gelegen stadsgebied. Het koetshuis is waardevol als vertegenwoordiger van een gebouwentype in de categorie monumenten van bedrijf en techniek, waarvan er in Den Haag zeer weinige in goede staat zijn bewaard gebleven.