Beeklaan 186 en 188
Heilige Agnes
toon op de kaart- StatusGemeentelijk Monument
- ArchitectMargry, A.A.J. Snickers, J.M.
- BouwstijlNeo-Gotiek
- WijkValkenboskwartier
- Bouwjaar1902-1903
R.K. Parochiekerk van de Heilige Agnes.
Gebouwd in 1902-1903 naar ontwerp van de architectencombinatie Albertus Arnoldus (Johannus) Margry en J.M. Snickers. Gerestaureerd na een brand in april 1983, waarbij de bekappingen van de kerk verloren gingen en het interieur aan zienlijke schade opliep. Het herstel kwam gereed in december 1984. Driebeukige neogotische kruisbasiliek met rechthoekige zijkapellen aan weerszijden van het koor en achthoekige toren met wimbergen en slanke naaldspits rechts naast de voorgevel. Links van de voorgevel een met vijf zijden van een achthoek uitgebouwde doopkapel met tentdak; in het midden tegen de voorgevel een eveneens vijfzijdig uitgebouwd portaal met wimberg en kantelenversiering. De voorgevel van het schip en de eindgevels van de dwarsbeuk bezitten puntgevels met pinakelbekroningen. In de voorgevel een groot spitsboograam met natuurstenen tracering in klassiek-gotische vormen; in de eindgevels van het transept elk twee spitsboogvensters. In de zijbeuksmuren bevinden zich venstertripletten, uitwendig gevat in Tudorbogen; de muren van de lichtbeuk hebben in koor en transept in iedere travee een groep van drie lancetvensters. De eindgevels van de zijkapellen bij het koor vertonen roosvensters. Het schip heeft schoorbogen. Het exterieur wordt verlevendigd door banden van helder rode verblendsteen rond de vensterbogen en bij de boogfriezen onder de gootlijsten. Het interieur dat bij een modernisering in 1967/1968 grijs geschilderd was, is bij de restauratie na de brand van 1983 wat de muurvlakken betreft wit geschilderd. De constructieve delen zoals pijlers en vensteromlijstingen vertonen een crême kleur en de kolonnetten hebben thans een roodbruine tint. De verhoogde vloer van priesterkoor is in de richting van het schip doorgetrokken; de banken zijn door stoelen vervangen. Het schip heeft gelede pijlers met doorgaande kolonnetten aan de zijde van het middenschip. De hoofdbeuken worden overdekt door houten tongewel- ven met accoladevormige doorsnede en trekbalken naar het voorbeeld van kapconstructies uit de Engelse late gotiek. Deze gewelven met hun polychromie zijn bij de restauratie na de brand in hun oorspronkelijke vorm hersteld. De zijbeuken zijn overkluisd door gemetselde kruisribgewelven; de zijkapellen bij het koor dragen houten tongewelven en de apsis, die lager is dan het koor en een vij sluiting bezit, heeft een stenen straalgewelf. In het koor en transept gebrandschilderde ramen, respectieflijk in 1930/1932 en 1928 aangebracht en vervaardigd door Lou Asperslagh. De roosvensters in de eindgevels van de koorkapellen hebben hun gebrand schilderd glas uit de bouwtijd bewaard. De oorspronkelijke neogotische inventaris is nog grotendeels aanwezig; gebeeldhouwd kalkstenen hoogaltaar met retabel, eveneens in kaiksteen gebeeldhouwde preekstoelkuip, vier houten biechtstoelen met o.a. goed gesneden reliefbeelden en een in marmer gehouwen beeld van St. Agnes, vervaardigd door de beeldhouwers Timmermans en Kroon te Den Haag. De koperen lichtkronen naar l7de-eeuws model zijn bij de recente restauratie aangebracht. De Agneskerk met haar toren is een karakteristiek voorbeeld van de neo gotische stijl, zoals die werd toegepast in het voetspoor van P.J.H. Cuypers door de architecten Margry en Snickers. In het stadsbeeld ter plaatse vormt de kerk met haar decoratieve toren een belangrijk herkenningspunt.
Kerkgebouw van algemeen belang voor de gemeente 's-Gravenhage wegens zijn schoonheid en zijn architectuur-historische waarde. De tot de inventaris behorende roerende en onroerende zaken, vermeld in het bovenstaande, zijn in de bescherming begrepen vanwege de kunsthistorische waarde.
Pastorie
Pastorie, behorend tot de parochiekerk van de Heilige Agnes, een neo-gotisch gebouw, in 1902-1903 tegelijk met de kerk opgetrokken naar ontwerp van A.A.J. Margry en J.M. Snickers. Het bakstenen pand telt vier vensterassen en bestaat uit een parterre met verdieping. Het linker gedeelte telt één brede vensteras met drielichtskozijnen in de vensters, is als risaliet behandeld, heeft een tweede verdieping en wordt bekroond door een puntgevel. De vensters zijn flauw getoogd; de met panelen versierde deur uit de bouwtijd bevindt zich in de derde as van rechts en heeft zijlichten alsmede een bovenlicht. Tussen de tweede en derde vensteras van rechts wordt het metselwerk verlevendigd door bakstenen vierpassen. De risaliet heeft voor de verdieping een houten erker waarvan de ramen in het bovendeel glas-in-lood vertonen. Het driedelige venster van de tweede verdieping wordt door een brede driepasboog bekroond en bezit een neo-gotisch, smeedijzeren raamhek. In de geveltop een spitsboogvenster, geflankeerd door oculi met vierpassen. Boven het lagere deel onder de gootlijst een boogfries met driepassen, uitgevoerd in verblendsteen. In het schilddak hierboven twee dakkapellen met driepassen in de driehoekige bekroningen.
Gebouw van algemeen belang voor de gemeente 's-Gravenhage wegens de architectuur-historische waarde.