18e eeuws pand van goede verhoudingen met geprofileerde lijstgevel.

 

Hoekpand met gevel uit de derde kwart van de 19e eeuw, bestaande uit drie bouwlagen onder een met pannen gedekt schilddak loodrecht op de rooilijn. Het pand is vier vensterassen breed. De in schoon metselwerk uitgevoerde lijstgevel is kenmerkend voor de sobere bouwwijze uit de 1e helft van de 19e eeuw. Zeldzaam is de houten pui met onversierde pilasters en eenvoudig hoofdgestel. Deze pui markeert de beginperiode van de negentiende-eeuwse winkelpuienarchitectuur. Hij bestaat uit een eenvoudig houten raamwerk van stijlen (de verticale delen) en regels (de horizontale delen). Hiertussen zijn de deuren en vensters geplaatst. Bovenlangs loopt de puibalk. Deze draagt de bovengevel. De onderzijde wordt afgesloten door een lage zwart geschilderde plint. De stijlen rusten op stenen neuten en de ruimte onder de vensters is gevuld met baksteen. De in classicistische stijl gebouwde pui is vrij breed en symmetrisch opgebouwd in vijf delen. Er is nog geen sprake van een echte winkeletalage. De in zes ruiten onderverdeelde schuifvensters zijn dezelfde als van de woonhuizen. De decoratie is uiterst bescheiden. De stijlen zijn als eenvoudige pilasters uitgevoerd met subtiele kapiteeltjes aan de bovenkant die het hoofdgestel (de puibalk) dragen. Het hoofdgestel is opgebouwd uit een fries en een kroonlijst. Deze pui dateert uit omstreeks 1845.