Pand uit de eerste helft van de 17de eeuw, bestaande uit parterre en twee verdiepingen onder met pannen gedekt schilddak dat aan de achterzijde aansluit tegen een puntgevel. Het pand is twee vensterassen breed. De lijstgevel bezit onder de cementbepleistering geblokte ontlastingsbogen boven de vensters van de verdieping. De voorgevel wordt op de begane-grond in beslag genomen door een laat-19de-eeuwse, gewijzigde winkelpui. De vensters zijn gevat binnen geprofileerde houten omlijstingen uit de 19de eeuw.
De eenvoudige houten gootlijst is van recente datum. Inwendig bezit het huis op de eerste en tweede verdieping balkenzolderingen uit de bouwtijd, met schoorsteenravelingen tegen de linker bouwmuur. Op de eerste verdieping bevindt zich onder een der balken een console uit de eerste helft van de 17de eeuw. Rechts is op de begane-grond een steektrap gesitueerd; op de verdiepingen zijn spiltrappen. Het pand bezit een Philibertspantenkap van vier jukken. De gecementeerde achtergevel heeft geprofileerde houten vensteromlijstingen uit de 19de eeuw. Bij een renovatie van het pand in 1993 is het aan de achterzijde uitgebreid, waarbij de oorspronkelijke achtergevel werd gesloopt. Inwendig maakten de spiltrappen op de verdiepingen plaats voor steektrappen.

Pand van algemeen belang voor de gemeente Den Haag wegens de architectuurhistorische waarde van het grotendeels intact gebleven 17de-eeuwse bouwlichaam en de voorgevel met de - niet meer zichtbare
- geblokte ontlastingsbogen. Een toegevoegde waarde ontleent het pand aan de situering in een reeks huizen uit de l7de en l8de eeuw aan het Achterom, waar de oorspronkelijke, fijnmazige middeleeuwse verkavelingsvorm en structuur van de binnenstad nog herkenbaar zijn.

In augustus/september 2000 is het pand tesamen met het belendende hoekpand Kettingstraat 13/15 gesloopt en in 2005 zijn de voorgevels gereconstrueerd. Anno 2006 is de nummering van de gereconstrueerde panden gewijzigd (voorheen was dit pand genummerd Achterom 44).