Rooms-katholieke kerk, gebouwd 1946-1947 door architect N.F.A. Molenaar jr. (1892-1973).

De kerk is gelegen in de wijk Marlot, de vooroorlogse villawijk met typische jaren ’30 architectuur. Het gebouw bestaat uit de kerk met bijruimtes, die via een gang verbonden is met de achtergelegen pastorie aan de Marlotlaan. De kerkzaal is een langwerpig volume afgedekt met zadeldak. In een strook bij de entree is een kleine devotiekapel ondergebracht. De aan de achterzijde gelegen bijruimtes zijn iets lager en hebben ook een zadeldak. In de kopgevel aan het Bloklandenplein bevindt zich de hoofdentree van de kerk, die gemarkeerd wordt door een houten portaal met een zadeldak. In de kopgevel boven de entree is de klokkenstoel opgenomen. Het interieur oogt wat moderner dan de buitenkant door de toepassing van een staalconstructie die prominent in het zicht is gelaten. De kapconstructie bestaat uit stalen spanten met daarop stalen gordingen aangebracht. Er zijn vier dakkapellen aangebracht. Hoewel voornamelijk sober en doelmatig vormgegeven, kent het interieur enkele verfraaiingen. In de devotiekapel bevindt zich een reliëfbeeld van Maria, vervaardigd door de Haagse beeldhouwer Albert Termote (1887-1978). Het hekwerk van de devotiekapel werd ontworpen door Jan Koldeweij uit Voorburg. Enkele jaren na oplevering is het interieur verfraaid met glas-in-loodramen van glazenier Pieter Wiegersma (1920-2009). In 2005-2006 is door architectenbureau Durieux-Hoek architecten uit Wassenaar een restauratie uitgevoerd. Toen is de dakbedekking vervangen en de vloerconstructie vervangen en voorzien van nieuw tegelwerk. Ook kreeg het liturgisch centrum zijn huidige uiterlijk (nieuw altaar en orgel,  nieuwe ambo). Vergeleken met de omringende bebouwing is het uiterlijk van het kerkje vrij traditioneel. Uit het uiterlijk spreekt het geldgebrek en de materiaalnood van vlak na de Tweede Wereldoorlog. Zo zijn de bakstenen van het metselwerk afkomstig van het puin van het Bezuidenhoutkwartier, of zoals de architect zelf sprak, “afkomstig uit de bouwvallen van verbrand Den Haag”. De muren zijn uiterst laag, zodat een minimum aan materiaal gebruikt hoefde te worden. Ook de ijzeren fabrieksspanten in het interieur zijn er omdat de “normale” houten dakstoel niet mogelijk was. De kerk is een sober en klein bouwwerk, voorzien van enkel het noodzakelijke, waarbij de architect heeft moeten improviseren. De architect, Molenaar jr., werkte voor de oorlog aan enkele andere kerken in Den Haag, o.m. de Sacramentskerk (1925, Sportlaan) en de Sint Theresiakerk (1929, Apeldoornselaan). Deze ontwerpen kenmerken zich door de traditionele stijl met neogotische elementen, zichtbaar beïnvloed door Kropholler. Na de Tweede Wereldoorlog wordt Molenaars stijl meer modern-traditionalistisch.

De R.K. Kerk Onbevlekt Hart van Maria is van algemeen belang door de cultuurhistorische waarde als representatief en vroeg voorbeeld van kerkenbouw direct na de Tweede Wereldoorlog, waarbij de materiaalschaarste van die periode uit het ontwerp spreekt. De kerk is van stedenbouwkundige waarde als voorbeeld van een kerkgebouw in rijksbeschermd stadsgezicht Marlot en als onderscheidend gebouw te midden van villa’s in jaren ’30 stijl. Het heeft architectuurhistorische waarde omwille van de representativiteit voor het naoorlogse oeuvre van de architect. Van kunsthistorische waarde vanwege de aanwezigheid van de voor deze kerk ontworpen kunstwerken: beeldhouwwerk van de bekende kunstenaar Termote, glas-in-loodramen van Wiegersma.