Jan Thijssenweg

Nieuwe Tolbrug

toon op de kaart
  • Status
    Rijksmonument
  • Monument nr.
    524439
  • Wijk
    Leidschenveen en Ypenburg
  • Bouwjaar
    1892
Registerblad 

Inleiding
OPHAALBRUG 'de Nieuwe Tolbrug' voor voetgangers en fietsers ligt in het verlengde van de Hoekweg op de grens van de gemeentes Voorburg, Rijswijk en Leidschendam, over de Zuidvliet. De handbediende voetbrug dateert van 1891-1892 en verving destijds de aan de andere kant van de Haagse Trekvliet gelegen brug. De brug is ook bekend geworden

onder de naam 'Kippetjesbrug' of 'Kippebruggetje'. De ophaalbrug is gebouwd in een Traditioneel Ambachtelijke bouwstijl en heeft een ijzeren opbouw boven het beweegbare middendeel. De aanvankelijk vaste brug was in 1892 zo gebouwd door de provincie dat deze voor betrekkelijk geringe kosten beweegbaar was te maken. De beweegbare delen zijn geplaatst in 1910 (1919) ter vervanging van het vaste brugdeel. De brug kreeg met die verbouwing het huidige aanzien.

Omschrijving
De brug bestaat uit een beweegbaar, horizontaal middendeel (het val) - dat ligt tussen licht gebogen, hellende aanbruggen - en een ijzeren bovenbouw voor het ophalen van de brug. De aanbruggen rusten op schoorbalken en verticale staanders van geklinknageld ijzer, die met elkaar zijn verbonden door middel van gekruiste verbindingen voor het vergroten van de stijfheid van de constructie. De stijlen van de hameipoort zijn gekoppeld aan de buitenste staanders van de westelijke aanbrug en verbonden met de dwarsligger van de achterhar. De houten dekken van de aanbruggen - zowel als het dek van het beweegbare brugdeel - rusten op ijzeren liggers (profielbalken). De decoratieve, ijzeren brughekken met getordeerde balusters zijn door middel van gekrulde ijzers aan de liggers bevestigd. De oostelijke aanbrug is over de lengte in tweeën gedeeld door een middenscheiding met een dubbele buizenrailing. Het val is eveneens voorzien van een houten brugdek, dat rust op drie liggers (ijzeren profielbalken), die door middel van dwars- en diagonaalbalken aan elkaar zijn gekoppeld. Het val is met de balanspriemén verbonden door zorgkettingen, die zijn bevestigd aan uitkragingen aan de valliggers. De priemen zijn vakwerkliggers met afgeronde uiteinden, die bewegen op de eveneens met vakwerk uitgevoerde, zich naar onderen toe zijdelings verbredende hameistijlen met geklinknagelde volwandige binnen- en buitenzijden.

De hameipoort wordt ondersteunt door schoorstangen (langsschoren), die zijn bevestigd aan uitkragingen aan de liggers van de westelijke aanbrug. De hameipoort wordt gecompleteerd door een horizontaal verbindingsstuk met raamwerk, een aan de binnenzijden van de hameistijlen bevestigde rondboog en een vakwerkregel die fungeert als dak van de poort. De langere, voorste delen van de priemen zijn met elkaar verbonden door middel van dwarsbalken en diagonaalstaven, die een kruis vormen. Een ballastkist of broekbalk met verstelbaar draaigewicht verbindt de korte achterzijden van de priemen met elkaar. De brug wordt vanaf een klein, omheind platform met de hand bediend door middel van een bewegingswerk met slingermechanisme.

Aan weerszijden van de brug bevinden zich bij de brug behorende remmingswerken.

Waardering
De brug is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische en de situationele waarde:
- als een bijzondere onderdeel van een zeer oude infrastructurele voorziening en als een goed voorbeeld van een typologische ontwikkeling in de bruggenbouw.
- vanwege het voor de bouwtijd kenmerkende materiaalgebruik en de daarmee samenhangende vormgeving.
- vanwege de situering, de bijzondere visuele en functionele samenhang met het brugwachtershuisje en vanwege de relatie met vergelijkbare brugcomplexen elders aan en over de Vliet, waardoor het tevens een essentieel onderdeel van een groter geheel is.
De brug is bovendien van belang vanwege de herkenbaarheid en de ruime mate van gaafheid.