Inleiding
Helft van een vrijstaand bouwblok uit 1914-1917, bestaande uit twee symmetrische in de diepte van een smal kavel geschakelde villa's, gebouwd door de architecten Z. Hoek en J.Th. Wouters in een historiserende bouwstijl. Het bouwblok is gelegen aan de Andries Bickerweg 5;5a/Johan de Wittlaan 12.

Omschrijving
Villa op rechthoekige plattegrond, bestaande uit begane grond en verdieping onder een met leien gedekt schilddak, twee vensterassen breed. De gevels zijn opgetrokken in baksteen met gebeeldhouwde tegels onder meer in de balkons, in het fries onder de ver uitstekende gootlijst en als verticale banden in de linkerzijgevel. Geverfde natuursteen is toegepast voor de zuilen, de halfzuilen en de gekoppelde zuilen van de erkers, de ingangen en de loggia's, en de door de zuilen gedragen architraven.

De voorgevel bezit op de begane grond twee driezijdig uitgebouwde erkers met gekoppelde zuilen in een vrije interpretatie van de Ionische orde, waarop balkons met gemetselde borstweringen. De verdieping bezit twee loggia's met zuilen in dezelfde vormgeving. De middelste assen van de zijgevels zijn hoger opgetrokken en zijn gedekt door zadeldaken die als steekkappen het hoge schilddak doorsnijden en afgesloten worden door topgevels met siermetselwerk en ruitvormige zoldervensters. De driedelige vensters van de middenas bezitten twee deelzuiltjes.

De hoofdingang is in een doorlopende lage uitbouw met gemetselde borstwering tegen de rechterzijgevel gesitueerd en bezit aan weerszijden twee halfzuilen. Rechts daarvan bevindt zich een neveningang met vensters, gescheiden door een halfzuiltje. In de zijmuur van de uitbouw is een gevelsteen anno 1651 aangebracht, voorstellende Adam en Eva bij de appelboom en de slang in het paradijs. De linkerzijgevel heeft een veelhoekig uitgebouwde erker met gekoppelde zuilen op de hoeken, waarop een balkon met gemetselde borstwering. Rechts van de erker is op de begane grond een bordes, afgesloten door een gemetselde balustrade met natuurstenen dekplaat.

De vensters zijn in roeden onderverdeeld. In de zijgevels zijn enige ovaalvormige oculi, gedeeltelijk dichtgezet, aangebracht. De gootlijst rust op houten consoles waartussen cassetten. Het dak is voorzien van houten dakkapellen met frontons en van siermetselwerk voorziene schoorstenen op de nok.
Het interieur bevat onder meer een ruime hal met marmeren tegels in zwart-wit, een trappenhuis met houten balustrades, eenvoudige stucplafonds en marmeren schoorsteenmantels.
De tuin wordt van de straat gescheiden door een ijzeren hek op gemetselde voet, voorzien van bakstenen hekpijlers met een natuurstenen dekplaat.

Waardering
Villa van cultuurhistorische waarde als representatief voorbeeld van het wonen voor zeer welgestelden in het 2e decennium van de 20e eeuw in een stedelijk villapark. Architectuurhistorisch van belang als waardevol voorbeeld van representatieve architectuur in een historiserende bouwstijl. Hoofdvorm, detaillering en materiaalgebruik zijn in- en uitwendig gaaf bewaard. Typologisch waardevol wegens de ongebruikelijke opzet als dubbelvilla.